Bijbelgedeelte: Genesis 41

Context
Het is al twee jaar geleden dat de schenker en de bakker uit de gevangenis zijn gehaald. De schenker is in ere hersteld, de bakker is opgehangen. Jozef zit nog steeds in de gevangenis.

Kerntekst
Genesis 41:41 - Zie, ik heb u over gans Egypteland gesteld

Doelstellingen

• De kinderen begrijpen dat Jozef een belangrijke functie krijgt na zijn verblijf in de gevangenis.
• Ze beseffen dat hij een type is van de Heere Jezus.
• Ze begrijpen dat God alles naar Zijn plan uitvoerde.

Zingen

• Psalm 118:13; 72: 5,6; 2:6; 138:3
• ZB - Grote God, wij loven U / Lof zij de Heer’
• UAM - God in den hoog’alleen zij eer / Dankt, dankt nu allen God / U zij de glorie

Geloofsleer

• HC vraag 27 - Gods voorzienigheid
• HC vraag 37 - Jezus’ vernedering
• HC vraag 45 - Jezus’ verhoging
• NGB art. 13 - De Heere regeert

Bijbelleesles
Dit gedeelte kun je ook behandelen met een Bijbelleesles, korte vragen over de tekst en vragen diede toepassing maken naar het eigen leven. Hierbij hoef je dan tot slot geen gebruik te maken van de gespreksvragen. Kopieer van tevoren dit Bijbelgedeelte (bijvoorbeeld via www.statenvertaling.info),
een deel van de vragen en eventueel de in de exegese genoemde teksten.
Voor het leesgemak van de kinderen is het aan te bevelen de tekst uit te vergroten op een A-4.

Vers 1

• Waar stond Farao toen hij droomde?

Vers 2-5

• Hoe zagen de eerste zeven koeien er uit?
• Hoe zagen de andere zeven koeien eruit?
• Wat gebeurde er met de koeien?

Vers 6-7

• Hoe zagen in de tweede droom de eerste 7 aren eruit?
• Waardoor komt het dat de andere 7 aren zijn verzengd, uitgedroogd?

Vers 8

• Wie liet Farao allemaal roepen toen hij in de morgen wakker werd?
• Wie van hen kon hem zijn droom uitleggen?

Vers 9-10

• Wie sprak tot Farao en zei dat hij zich zijn zonden herinnerde?

Vers 11-13

• Wie droomden er een droom?
• Wie heeft hen die droom uitgelegd?

Vers 14-15

• Wat moesten ze eerst met Jozef doen voor ze hem bij Farao brachten?

Vers 16

• Wie zou volgens Jozef eigenlijk de droom uitleggen aan Farao?
• Wie gaf Jozef dus die wijsheid?
• Waarom laat Jozef zo duidelijk merken dat niet hij maar God de droom zal verklaren denk je?
• Denk jij er wel eens aan dat de Heere jou gaven en talenten heeft gegeven om te leren en bijvoorbeeld naar school te gaan?

Vers 25-27

• Wat betekenen de zeven dikke koeien en de zeven dikke aren?
• Wat betekenen de zeven dunnen koeien en de zeven dunne aren?

Vers 28-31

• Wat gebeurt er in de zeven eerste jaren?
• Wat gebeurt er in de zeven jaar daarna?

Vers 32

• Waarom droomde Farao deze droom twee keer? Eerst met koeien daarna met aren?

Vers 33

• Wat moest Farao daarna doen?

Vers 34-36

• Waarom moeten ze in de goede zeven jaren eten verzamelen en bewaren?
• Kun jij situaties noemen wanneer jij maatregelen (uit voorzorg) neemt?

Vers 37-44

• Wat doet de koning met Jozef?
• Wat kreeg Jozef van Farao en wat liet hij met Jozef doen?

Vers 45-46

• Welke nieuwe naam kreeg Jozef van Farao en wie werd zijn vrouw?
• Hoe oud was Jozef toen hij onderkoning van Egypte werd?

Vers 47-49

• Hoeveel koren bracht Jozef bij elkaar?

Vers 50-51

• Hoe noemde Jozef zijn eerste zoon?
• Wat betekent deze naam?
• Wat bedoelt Jozef hiermee denk je?
• Weet je ook wat dat voor jou betekent als je bijvoorbeeld alleen bent of bang?

Vers 52

• Hoe heette zijn tweede zoon?
• Wat betekent deze naam?
• Wat bedoelt Jozef hiermee denk je?
• Weet je ook wat dat voor jou betekent als je iets moeilijk vind?

Vers 53-54

• De honger kwam, maar wat was er in Egypte?

Vers 55

• Wat deed Farao met de mensen die vroegen om brood en eten?

Vers 56-57

• Kwamen de mensen alleen uit Egypte?

We noemen Jozef een type, een voorbeeld, van de Heere Jezus. Weet jij waarom?