Bijbelgedeelte: Lukas 22:47-71

Context
Na de maaltijd vertrekt de Heere Jezus met Zijn discipelen richting de hof van Gethsémané. Daar lijdt Hij hevig. Het uur waarin de macht van de duisternis overheersen zal, is aangebroken.

Kerntekst
Lukas 22:53b …maar dit is uw ure, en de macht der duisternis

Doelstellingen

De kinderen weten dat de Heere Jezus vrijwillig de straf die wij verdiend hebben, gedragen heeft.
Ze beseffen dat God ons moet bewaren voor allerlei verzoekingen en zonden.

Zingen
Psalm 22:6,7; 40:4; 69:1,4; 109:1,2; 141:1,3
UMK - Het Licht der wereld wordt bij nacht / Lam Gods dat alle zonden
UAM - Lam van God, door God gezonden / Jezus, leven van mijn leven

Geloofsleer
HC zondag 15 - Geleden
HC zondag 4 - Het 9e gebod
NGB art. 21 - De voldoening van Christus

Introductie
Houd een kort gesprek over het thema ‘lijden’. Inventariseer waar en op welke manier er in deze wereld geleden wordt en vraag naar het ontstaan van het lijden.

Beginzin
Hoor, in de verte klinkt rumoer van stemmen.

Vertelschets

‘Hij, die Mij verraden zal is nabij!’ zegt de Heere Jezus tegen Zijn discipelen.
Terwijl de discipelen zich wat schuilhouden onder de bomen van de hof van Gethsémané, komen de stemmen steeds dichterbij.
Judas is in aantocht. Een groep overpriesters, Farizeeën, hoofdmannen van de tempel en soldaten volgt hem. Gewapend met zwaarden en stokken zijn ze op zoek naar… Jezus.
Judas heeft afgesproken dat de Man Die hij een kus geven zal Jezus van Nazareth is. Ze zullen Hem gevangen nemen.
Kijk, daar komt Jezus Zelf hen al tegemoet. Hij verstopt Zich niet in de donkere hof.
‘Wees gegroet Rabbi!’ Judas stapt op Jezus af en begroet Hem met een kus. Een kus, het teken van liefde, wordt op dit moment door Judas misbruikt als teken van verraad.
‘Judas, verraad je de Zoon des Mensen met een kus?’ vraagt de Heere Jezus. Rustig en kalm vraagt Hij aan de bende: ‘Wie zoeken jullie?’
‘Jezus, de Nazarener’, schreeuwen ze. ‘Ik ben het!’ antwoordt de Heere Jezus en direct laat Hij Zijn macht en majesteit zien. Van schrik vallen de mannen achterover op de grond. Christus staat op dit moment alleen tegenover deze grote, machtige bende. En toch is Hij de Machtigste. Als Hij het zou willen zou Hij hen op dit ogenblik kunnen vernietigen. Maar dat doet Hij niet. Weet je waarom niet? De Heere Jezus wíl lijden en sterven!
De mannen mogen weer opstaan. Dan komen de discipelen in actie. Het lijkt wel alsof ze wakker worden uit een droom. Vechten zullen ze! ‘Heere’, vragen ze, ‘zullen wij hen met het zwaard slaan?’
Maar Jezus verbiedt hen te vechten. Hij wil Zijn lichaam en bloed geven om Zijn kinderen het eeuwige leven te kunnen schenken uit genade alleen.
Petrus let niet op de waarschuwing van Zijn meester. Hij trekt zijn zwaard en zwaait er in het wilde weg op los. Hij raakt het rechteroor van Malchus, een knecht van de hogepriester. De Heere Jezus bestraft Petrus en geneest het oor van Malchus. Hij doet goed aan degenen die Hem haten!
De Heere Jezus heeft de hulp van Petrus niet nodig. ‘Als Ik tot Mijn Vader zou bidden om meer dan twaalf legioenen engelen, dan zou Hij ze direct sturen!’ Maar Hij doet het niet, de schrift moet vervuld worden.
‘Bent u uitgegaan met zwaarden en stokken als tegen een moordenaar?’ zegt Hij tegen de bende. ‘Toen Ik dagelijks met u was in de tempel, hebt u de handen tegen Mij niet uitgestoken, maar dit is uw ure, en de macht der duisternis!’
Gewillig geeft de Messias Zich over aan de soldaten, als Zijn discipelen dan maar mogen vluchten. Al Zijn discipelen laten Hem in de steek, zelfs Petrus!
De Heere Jezus laat Zich binden, om iedereen die in Hem gelooft vrij te kunnen maken van de macht van de zonde.
Dan wordt Jezus weggevoerd naar het huis van de hogepriester.
Petrus, bang en nieuwsgierig tegelijk, volgt zijn Meester op afstand. Hij komt het huis van de hogepriester binnen neemt plaats bij het vuur.
Een slavin herkent Petrus. Opeens zegt ze: ‘Ik weet het zeker, ook hij was met Hem!’ Petrus schrikt vreselijk. Snel en beslist zegt hij: ‘Vrouw, ik ken Hem niet!’
Even later zegt een ander dienstmeisje: ‘Ook jij bent een discipel van de Heere Jezus!’ Weer ontkent Petrus heftig dat hij Jezus kent. Hij zit vast aan zijn eerste leugen. Nu moet hij vol zien te houden.
Maar dan: ‘Ik weet het zeker. Hij is ook een discipel van Hem. Je kunt het ook horen aan zijn spreken, hij is een Galileër!’ Petrus wordt boos en zegt: ‘Mens, ik weet nergens van, ik weet niet waar je het over hebt!’
Petrus die eens beleden heeft: ‘Hij is de Christus, de Zoon van de levende God’, verloochent nu voor de derde keer zijn trouwe en liefdevolle Meester.
Dan kraait de haan. Op dat moment draait Jezus zich om en kijkt Petrus aan. En Petrus weet wat de Heiland had gezegd: ‘Voordat de haan gekraaid zal hebben, zult gij Mij driemaal verloochenen!’
Snel rent Petrus naar buiten. Wat is hij verdrietig, hoe kon hij dit doen! Petrus heeft oprecht verdriet en berouw.
Toch keek Jezus Petrus nog aan. Hij zoekt hem op, vol liefde en genade. Zo zoekt de Heere ook jou. Hij wil je vinden, met Zijn liefde en genade.
Boven in de zaal gaat het proces gewoon door. Er is haast bij. Voor de sabbat begint moet Jezus veroordeeld zijn en het vonnis over Hem uitgesproken zijn. De Heere Jezus wordt bespot en geslagen.
Als het weer dag is, wordt Hij verder ondervraagd door de Joodse Raad. ‘Bent U werkelijk de Zoon van God?’ Jezus zegt: ‘U hebt het gezegd. Ik ben het!’ Geschokt hoort het Sanhedrin de woorden van de Heere Jezus aan: ‘Vanaf dit moment zal de Zoon des mensen gezeten zijn aan de rechterhand der kracht Gods!’
De Joodse leiders roepen het uit: ‘Wat hebben wij nog voor getuigen nodig? Hij zegt Zelf dat Hij de Zoon van God is!’ Hoe durft Hij dat te beweren! Ze roepen: ‘Weg met Hem! Hij heeft God gelasterd! Hij verdient het om gedood te worden!’

Slotzin
Zo wordt de Heere Jezus veroordeeld omdat Hij Gods Zoon is. Onschuldig zal Hij sterven, om schuldige zondaren te redden.

Gesprek
Waarom liet de Heere Jezus niet meer van Zijn macht blijken in de hof van Gethsémané?
Waarom verbood de Heere Jezus de discipelen te vechten?
Wat vind je ervan dat de discipelen gevlucht zijn en hun Meester in de steek gelaten hebben?
Hoe kunnen wij de Heere Jezus verloochenen?
Denk nog eens terug aan het begingesprek. Wat kun je na deze geschiedenis vertellen over ‘lijden’? Wie heeft het zwaarst geleden? Waarom?

Samenvatting
Een grote groep mensen komt Gethsémané in, voorop loopt Judas. Hij verraadt zijn Meester met een kus. Petrus pakt zijn zwaard en slaat Malchus' oor eraf. De Heere Jezus heelt het oor en laat Zich gevangen nemen. Petrus volgt de groep en komt in het huis van de hogepriester. Daar wordt hij herkend als een volgeling van Jezus. Tot drie keer toe verloochent hij zijn Meester. Bij de derde keer kraait de haan. De Heere Jezus kijkt Petrus aan en Petrus vlucht huilend naar buiten. De soldaten slaan en bespotten de Heere Jezus. Het Sanhedrin vraagt Hem: 'Bent U de Christus? Bent U Gods Zoon?' De Heere Jezus antwoordt dat zij het zeggen. Dat is het getuigenis dat het Sanhedrin nodig heeft om Hem te laten veroordelen.

Vragen