Vertelschets over Elia op de berg Karmel

Deze vertelschets gaat over 1 Koningen 18 en hoort bij les B4.5 van de zondagsschoolmethode van het LCJ en de BHZ.

Bijbelgedeelte: 1 Koningen 18

Context
De profeet Elia heeft koning Achab een periode van droogte voorzegd. Elia verblijft tijdens deze periode eerst aan de beek Krith en daarna bij de weduwe van Zarfath. Op Gods tijd moet Elia terugkeren.

Kerntekst
1 Koningen 18:21 Toen naderde Elia tot het ganse volk, en zeide: Hoe lang hinkt gij op twee gedachten? Zo de HEERE God is, volgt Hem na, en zo het Baäl is, volgt hem na! Maar het volk antwoordde hem niet één woord.

Doelstellingen

  • De kinderen weten dat de Heere aan koning Achab en het volk laat zien dat Hij alleen God is.
  • De kinderen beseffen dat zij, evenals het volk, niet op twee gedachten kunnen hinken: Of ze dienen de Heere of zij dienen Hem niet.
  • Ze horen van de kracht van het gebed en dat zij in alle omstandigheden tot de Heere moeten gaan, omdat de Heere een Hoorder van het gebed is.

Zingen
Psalm - 32:5; 97:4,5; 106:4; 123:1,2
ZB - Ontwaak gij die slaapt / Welzalig de man die niet wandelt

Geloofsleer

  • HC vraag 94-98 - Geen andere goden
  • HC vraag 116 - De noodzaak van het gebed

Introductie
Een gesprekje met de kinderen over het volgende:
‘Gij zult geen andere goden voor Mijn aangezicht hebben’. Je hoort het iedere zondagmorgen in de kerk. Hoe kun jij in je leven een afgod hebben?

Beginzin
Hij doet zijn hand nog eens boven zijn ogen. Hij tuurt de hele omgeving af en schudt zijn hoofd. Nee, nergens ziet hij een stukje groen gras. Overal is het droog.

Vertelschets

  • Dan loopt hij weer verder. Hij kijkt goed om zich heen. Opeens blijft hij staan. Wie komt daaraan? Dat lijkt de profeet Elia wel! Als hij dichterbij komt ziet hij het: Het ís Elia.
  • Obadja valt op zijn knieën neer: ‘Bent u mijn heer Elia?’, vraagt hij. De man knikt: ‘Ja ik ben het’, zegt hij. ‘Ga nu snel naar koning Achab en vertel hem dat ik hier ben’.
  • Obadja schrikt! Naar de koning? Bang vraagt hij: ‘Wat heb ik voor zonde gedaan, dat u mij overgeeft in de hand van Achab? Als ik vertel dat u hier bent, zal hij mij doden. Koning Achab heeft het hele land al doorzocht om u te vinden. Zelfs in de buurlanden!
  • Ik kan wel naar koning Achab gaan, maar straks bent u weg. Als ik dan terug kom met koning Achab en u bent weg, dan zal hij mij doden’.
  • Bang gaat Obadja verder: ‘Ik heb toch niets verkeerd gedaan? Ik dien de Heere al vanaf mijn jeugd. Weet u niet wat ik gedaan heb met de profeten, toen Izebel ze wilde doden? Ik heb ze verstopt in twee spelonken en voor ze gezorgd’.
  • Met een bang gezicht kijkt Obadja naar de profeet. Wat zal de profeet zeggen? ‘Het is echt waar, zo zeker als de Heere leeft’, zegt Elia, ‘Vandaag zal ik koning Achab ontmoeten’.
  • Dan zal ik toch maar gaan, denkt Obadja. De Heere zal zorgen dat het goed komt. Dat weet hij. Zo gaat hij naar koning Achab en zorgt ervoor dat de koning naar de profeet Elia gaat.
  • ‘Bent u die beroerder van Israël, die voor het ongeluk in Israël zorgt?’ klinkt de boze stem van Achab als hij voor Elia staat. ‘Nee koning’, zegt Elia, ‘Het is niet mijn schuld dat het volk honger lijdt. Het is úw schuld, omdat jullie niet de Heere dienen, maar Baäl’.
  • Elia kijkt de koning aan en beveelt: ‘Breng het volk op de berg Karmel. Samen met 450 profeten van Baäl’. Verbaasd gaat Achab terug. Wat wil de profeet? Toch doet hij precies wat de profeet zegt.
  • Daar staan alle mensen op de berg. Het is muisstil: Wat wil de profeet? Elia gaat voor het volk staan en zegt: ‘Hoe lang hinkt u nog op twee gedachten? Als de Heere God is, volg Hem na. Als Baäl God is, volg hem na’.
  • Er moet een keuze gemaakt worden. Je kunt niet een beetje de Heere dienen én een beetje Baäl. Als je de Heere wilt dienen, moet je breken met het dienen van de afgoden. Dien jij de Heere alleen? Wat is jouw antwoord? Wat is het antwoord van het volk? Het volk blijft stil!
  • Heeft het volk dan niet geleerd van de straffen van de Heere? Blijkbaar niet. ‘Ik ben nog de enig overgebleven profeet van de Heere’, gaat Elia verder. ‘En hier zijn wel vierhonderdvijftig profeten van Baäl’.
  • ‘Laten we het volgende doen: Geef ons twee stieren. De Baälprofeten nemen een stier, slachten die, leggen hem op het brandhout, maar steken hem niet aan. Ik doe hetzelfde.
  • Dan roepen jullie tot jullie goden. En ik zal de naam van mijn God aanroepen. De God Die dan met vuur antwoordt, Die is God’. Nu geven de mensen wél antwoord: Ze vinden het een prachtig plan.
  • Eerst mogen de Baälprofeten aan de slag. Druk zijn ze in de weer. Er wordt een altaar gebouwd, een stier geslacht. Ademloos kijken de mensen toe. Dan beginnen de priesters te roepen: ‘Baäl, geef ons antwoord!’ Maar, het blijft stil…
  • Nog harder roepen ze: ‘Baäl, geef ons antwoord!’ Ze roepen, schreeuwen, springen tegen het altaar op. Niks helpt. ‘Jullie moeten wat harder roepen, misschien zit jullie god na te denken’, spot Elia. ‘Of misschien slaapt hij, is hij iets aan het doen of is hij op reis’.
  • Nóg harder roepen ze, maar het blijft stil. De profeten zijn ten einde raad. Wat moeten ze doen? Wanhopig grijpen ze naar wat messen en beginnen zichzelf te snijden. Misschien zal Baäl nú antwoorden… Er komt geen antwoord.
  • Dan staat Elia op. Gespannen kijkt het volk toe. Ze zien hoe Elia eerst het altaar van de Heere wat de mensen verwoest hadden weer opbouwt. Dan pakt hij 12 stenen, legt er hout boven op en dan de stier.
  • Hoor eens wat hij dan zegt: ‘Pak vier kruiken water en giet die over het altaar heen’. En doe het dan nog eens en ook nog voor de derde keer. Het altaar wordt kletsnat. Zelfs in het geultje wat Elia rond het altaar gegraven heeft, staat water. Zo kan het vuur toch nooit branden?!
  • Verbaasd kijken de mensen toe. Dan zien ze hoe Elia gaat bidden. Ze horen hem zeggen: ‘HEERE, laat toch aan Israël zien dat U God bent en ik Uw knecht. Antwoordt mij HEERE, zodat het volk erkent dat U God bent!’
  • Elia is nog maar net uitgesproken als ineens vuur uit de hemel neerdaalt. De Heere antwoordt! Wat schrikken de mensen. Ze vallen voorover op de grond en roepen het uit: ‘De Heere is God, de Heere is God!’ Ze kunnen niet anders zeggen. De Heere heeft het zelf laten zien.
  • De Baälprofeten ontvangen straf: Allemaal worden ze gedood. Met een somber gezicht kijkt koning Achab toe. Elia gaat naar hem toe en zegt tegen hem: ‘Ik hoor dat er regen aan komt, ga snel naar huis!’
  • Regen? Er is nog niets te zien. Maar Elia weet: Het zal komen, de Heere heeft het beloofd! Daarom bidt hij tot de Heere: geef toch regen. ‘Ga eens kijken over de zee’, zegt hij dan tegen zijn knecht ‘zie je al wat?’
  • ‘Er is nog niets’, vertelt zijn knecht als hij heeft gekeken. Elia blijft bidden. Als zijn knecht zeven keer heeft gekeken, komt hij met een blij gezicht terug: ‘Ik zie een wolk zo groot als de hand van een man!’ Elia weet genoeg. Er komt regen.

Slotzin
De Heere is een Hoorder van het gebed en doet wat Hij heeft beloofd. Zo is de Heere nog. Hij hoort jouw gebed! Doe als Elia en ga met alles in je leven naar de Heere toe!

Gesprek
Elia zei tegen het volk: ‘Hoe lang hinkt gij op twee gedachten?’ Wat bedoelde hij hiermee? Kan dat in jouw leven ook zo zijn? Wat moet je dan doen?
Elia bad tot de Heere om regen en er kwam regen. De Heere is een Hoorder van het gebed. Wat leer je hiervan voor jezelf?

Samenvatting
De Heere stuurt Elia naar Achab. Hij vertelt de koning dat hij het hele volk en alle profeten van de Baäl moet verzamelen op de berg Karmel. Daar moeten de profeten een altaar bouwen voor Baäl en zal Elia een altaar voor de Heere bouwen. De God die met vuur uit de hemel zal antwoorden, die is echt God. De profeten doen wat ze kunnen om Baäl te laten antwoorden, maar hij antwoordt niet. Elia graaft een geul om het altaar, laat er twaalf kruiken water overheen gooien en bidt of de Heere hem wil antwoorden. De Heere geeft antwoord: een vuur uit de hemel verteert het hele altaar. Het volk belijdt: De Heere is God! Alle profeten van de Baäl worden gedood. Als Elia zeven keer gebeden heeft, komt er een grote regen.

Vragen

  1. Wie moeten er allemaal naar de Karmel komen?
  2. Wat doen de profeten van Baäl? Wat doet Elia?
  3. Wie antwoordt er? Waarom antwoordt Baäl niet?
  4. Geloof jij dat de Heere je hoort? Hoe merk je dat?
  5. Wat zegt het volk? Wat betekent dat?


Nog beter in vorm raken?

Wij komen graag langs voor toerusting op maat! Bekijk de dienstenpagina voor ons aanbod of stel je vraag via lydia@goedinvorm.nu.

NEEM CONTACT OP

Heb je een tip?

Deel met ons je idee!

STUUR JE TIP IN

Les B4.5

Alles van

1 Koningen 18:39b met uitleg

6 oktober 2021
Deze bijbeltekst met daarbij een korte uitleg hoort bij les B4.5, C3.15 en T-B5 van de zondagsschoolmethode van het LCJ en de BHZ.
+
Ontwikkeld door
LCJ, BHZ

Bijbeluitleg over 1 Koningen 18 - B4.5

10 november 2020
Deze exegese gaat over 1 Koningen 18 en hoort bij les B4.5 van het zondagsschoolmateriaal van het LCJ.
+
Ontwikkeld door
LCJ

Plaatmateriaal - Elia op de berg Karmel

1 oktober 2021 Door Free Bible Images
Dit plaatmateriaal hoort bij les B4.5 van de zondagsschoolmethode van het LCJ en de BHZ.
+
Ontwikkeld door
LCJ, BHZ

Psalm 111:3 met uitleg

7 oktober 2021
Dit Psalmvers met daarbij een korte uitleg hoort bij les B4.4, B4.5, C3.14 en C3.15 van de zondagsschoolmethode van het LCJ en de BHZ.
+
Ontwikkeld door
LCJ, BHZ

Verwerking - Elia op de berg Karmel

1 oktober 2021
Deze verwerking hoort bij les B4.5 van de zondagsschoolmethode van het LCJ en de BHZ.
+
Ontwikkeld door
LCJ, BHZ
Naar de methodepagina

Uitgelichte items

Avondmaal

30 oktober 2020
Het Avondmaal laat zien dat de Heere Jezus Zijn lichaam en bloed geofferd heeft tot vergeving van de zonden. Als je door het geloof het Avondmaal …
+
Ontwikkeld door

Belijdenis doen

5 januari 2021
Ik zou het als een grote zegen zien als jij door deze inleiding een verlangen krijgt naar het doen van openbare geloofsbelijdenis, omdat de Heere …
+
Ontwikkeld door
LCJ

Stel je eigen inspiratielijst samen

Voeg met behulp van het gele plusje items toe aan je inspiratielijst. Alles in één lijstje overzichtelijk bij elkaar voor jouw clubavond of activiteit!