Bijbelgedeelte: Lukas 1:26-56

Context
De vorige keer is een begin gemaakt met de geschiedenissen uit het Nieuwe Testament. Er is verteld over de gebeurtenissen in de tempel, waarbij Gabriël de geboorte van Johannes de Doper aankondigde. Zowel de engel Gabriël als Zacharias en Elizabeth komen in dit verhaal terug. Je zou daarom kunnen beginnen met terugvragen van wat de kinderen nog weten van de vorige keer.

Kerntekst
Lukas 1:38 Mij geschiede naar uw woord.

Doelstellingen

De kinderen leren dat Maria een heel bijzonder Kindje zal krijgen.
Ze zien dat God doet wat Hij beloofd heeft.

Zingen

Psalm - 136:1, Lofzang van Maria
ZB - Alzo lief had God de wereld / Mijn ziel maakt groot de Heer

Geloofsleer

HC, zondag 14 - De ontvangenis en geboorte van Christus
Teksten uit het OT -Genesis 3:15; Genesis 12:3; Jesaja 9:5; Micha 5:1

Introductie
Wat is een engel? Hoe heette de engel over wie het vorige week ging?
Wat doen engelen?

Beginzin
Maria is een heel gewoon meisje. Ze woont bij haar vader en moeder. Maar over een poosje… dan gaat ze trouwen. Dan gaat ze bij Jozef wonen.

Vertelschets

Maria is een heel gewoon meisje, maar op een dag komt er iemand bij haar. Een engel… Maria schrikt als er ineens een engel naast haar staat. Een engel komt van de Heere. De Heere is zo goed, en zij doet zoveel verkeerd. Zal de engel komen om te zeggen dat ze straf verdiend heeft? Nee! De engel zegt: ‘Maria, wees maar niet bang. Ik heb iets heel moois te vertellen aan jou. jij krijgt het mooiste wat een vrouw kan krijgen! Je zult een Kindje krijgen en dat is geen gewoon Kindje, maar de Heere Jezus. Dat heeft God al heel lang geleden beloofd en nu zal het gebeuren.’
Maria vraagt: ‘Maar hoe kan ik dan een Kindje krijgen, want ik ben niet getrouwd.’
De engel zegt: ‘De Heilige Geest van God zal er voor zorgen dat er een Kindje in je buik gaat groeien. Daarom is het ook geen gewoon Kindje, maar de Zoon van God. En Elizabet zal ook een kindje krijgen.’
Maria zegt: ‘Het is goed wat de Heere doet! Ik wil wel moeder worden van dat Kindje.’
Dan is de engel weer weg. Maria denkt aan wat hij verteld heeft. De Heere Jezus zal komen! Dat is heerlijk! Dan kan het weer goed worden met God. Dan kan God al haar verkeerde dingen vergeven.
En dan kan God ook al ónze verkeerde dingen vergeven. Dan kan het weer helemaal goed worden met God. Wat fijn!
Nu mag zij, Maria, de moeder zijn van dat Kindje. Nu mag zij voor Hem zorgen… Wat is God goed voor haar.
Maria denkt ook aan wat de engel zei over Elizabet. Maria kent haar wel, het is familie van haar. Het is wel heel bijzonder dat Elizabet een kindje zal krijgen. Want zij is al een heel oude vrouw. Weet je wat, denkt Maria, ik ga naar Elizabet toe. Dan kan ik met haar praten over dat mooie geheim.
Maria vraagt aan haar vader en moeder of ze een poosje bij Elizabet mag logeren. Elizabet woont heel ver weg, je moet wel vier dagen lopen voor je er bent en dan moest je nog doorlopen ook. Haar vader en moeder vinden het goed.
Na vier dagen komt Maria bij Elizabet aan. En dan is het zo wonderlijk… Als Maria binnenkomt, zegt Elizabet gelijk: ´Jij hebt het allermooiste gekregen wat een vrouw kan krijgen! Wat een wonder dat de moeder van de Heere Jezus bij mij komt!´ Elizabet weet al van het geheim… Dat heeft de Heere aan haar verteld.
Maria begint te zingen: ´Wat is God goed voor mij! Hij heeft gedacht aan wat Hij beloofd heeft.´

Slotzin
Maria blijft een hele poos bij Elizabet logeren en samen praten ze over hun geheim: God gaat doen wat Hij beloofd heeft. De Heere Jezus zal komen en zo kan alles weer goed worden met God!

Gesprek
Wat moest de engel vertellen aan Maria? Is het een gewoon Kindje dat Maria krijgt? Wie is de Vader van het Kindje? (Als het antwoord ´Jozef´ is, kun je zeggen dat Jozef inderdaad zoals een vader voor de Heere Jezus mocht zorgen. Maar wie is de échte Vader? De Heere Jezus is de Zoon van …)
Bij wie gaat Maria logeren? Weet Elizabet al van het geheim? Hoe weet ze dat?
Waarom is het zo fijn dat de Heere Jezus zou komen? Wat kwam Hij doen?

Samenvatting
De engel Gabriël brengt een blijde boodschap in Nazareth, bij een arm meisje. Haar naam is Maria. Ze gaat trouwen met Jozef, de timmerman. Allebei zijn ze nog familie van koning David. De engel zegt: Je bent gezegend, Maria, want je zult een kindje krijgen. Dat zal de Heere Jezus zijn. Hij is de Zoon van God Maria luistert. Ze gelooft de woorden van de engel, maar ze begrijpt ze niet. Ze is immers niet getrouwd. Het is een wonder, zegt de engel. Dit Kind is de Zoon van God Maria gaat een paar maanden naar haar nicht Elisabeth die ook een baby verwacht.

Vragen